Vanwege zijn zwakke gezondheid had hij zich na zijn pensionering in 1856 niet meer als arts gevestigd en dat maakte hem tot een van de vele gepensioneerde publicisten van zijn tijd. Bij zijn dood in 1874 omschreef een In Memoriam zijn karakter zo: “Uit een veelbewogen leven had hij weten te bewaren jongelingsgeestdrift voor den vooruitgang op elk gebied, een krachtigen geest, die hem tot in zijn laatste dagen den arbeid maakte tot een behoefte. Sedert jaren was hij een der vurigste bestrijders van het kultuurstelsel. (…) Hij was een man van karakter in den besten zin van het woord, open en eerlijk, hartig en trouw, die pal stond voor zijne overtuiging en daarvoor menig offer bragt.”
De mens Willem Bosch laat zich slechts gedeeltelijk kennen uit deze levensschets. Maar dat hij een moeilijk leven had, zeker als kind en jonge man, komt er wel uit naar voren. Uit zijn onvoltooide autobiografie wordt ook duidelijk dat hij zichzelf daarover beklaagde, maar het lijkt er op dat hij ook wel trots was op zijn status als self-made-man en die cultiveerde door zijn nare kinderjaren op Dickensiaanse wijze in geuren en kleuren aan de lezer mee te delen. De eenzaamheid en liefdeloosheid hebben hem gevormd tot de eenzame strijder tegen onverschilligheid en onrecht. Ook heeft hij altijd erg zijn best gedaan om hogerop te komen, hij was een echte streber. Een plek in de Tweede Kamer zou in dat opzicht de bekroning van zijn carrière zijn geweest. Bosch koos echter voor de oppositie búiten de Kamer. Politiek was hem te benepen, hij wilde een volksbeweging opwekken die zijn weerga nog niet had gekend. Als bevrijder van de Javaan de geschiedenis ingaan, dat was zijn laatste streven.
Met zijn sterke persoonlijkheid, krachtige statements en energieke houding had hij alles in zich om een voortrekkersrol te spelen in het koloniale debat. Hij had echter één zwak: h
ij kon zichzelf moeilijk relativeren en kon daardoor ook slecht met kritiek omgaan. Aangezien zijn motieven in zijn ogen altijd even puur en nobel waren voelde hij zich door kritiek zeer verongelijkt, miskend en gekwetst. Hij kon zich dan erg ongenuanceerd opstellen. Kritiek op zijn interpretatie van statistische gegevens noemde hij dan bijvoorbeeld een bewuste verdraaiing van de waarheid. Die waarheid dacht hij in pacht te hebben en dat anderen dat niet zagen stemde hem mismoedig. Steeds voelde hij zich miskend en onheus bejegend, ook door zijn vrienden en medestanders, als zij niet net zoveel heilig vuur aan de dag legden als hijzelf.
“De grievende teleurstellingen, die hij moest ondervinden, de laster waaraan hij tot het laatst van zijn leven blootstond, maar vooral de treurige onverschilligheid waarvan zijn eigen geestverwanten blijk gaven, hadden zijn vroeger zoo sterk gestel hevig geschokt. De vroeger zoo moedige strijder was aan den vooravond van zijn werkzaam leven moedeloos en pessimistisch.”
Willem Bosch stierf als een tekort gedaan man, een miskende strijder voor waarheid en voor recht op 19 mei 1874 in zijn woning in Arnhem. Hij hoopte en verwachtte dat de toekomstige generaties hem op waarde zouden weten te schatten, als voorvechter voor de rechten van de Javaan. Ook verwachtte hij dat de dankbaarheid van de Javanen hem postuum ten deel zou vallen en dat zij ooit zouden erkennen dat hij inderdaad hun ‘kampioen’, hun voorvechter was geweest.
Go to Protest tegen het cultuurstelsel or Wij protesteren! Maar hoe? to get to know more about Bosch’ work as a political activist.
Cultuurstelsel Bosch
Protest! Latere Leven Wij protesteren! Maar hoe?
Civil society of staatstaak? De Maatschappij tot Nut van den Javaan
Publications
Reference list
Tweede wekstem aan Nederland Open brief aan het Nederlansche volk